Lerarenopleiding en vo-besturen: de RAP doen ze samen

Om in aanmerking te komen voor subsidie in de Regionale Aanpak Personeelstekorten (RAP) moeten de in een RAP-regio verenigde vo-scholen samenwerken met minimaal één lerarenopleiding. In sommige regio’s is zo’n verbinding al jarenlang vanzelfsprekend. In andere is het nog zoeken naar balans. In gesprekken met nauw betrokkenen verkende Voion in een aantal regio’s de rol van opleidingsinstituten in de RAP. Vertrouwen en flexibiliteit blijken de sleutels tot een geslaagde samenwerking.

In RAP-regio Rijnmond sloegen schoolbesturen en lerarenopleiders al in 2008 de handen ineen. De samenwerking in de RAP is daar een logisch gevolg van. Het vo gaat samen met Hogeschool Rotterdam en de universitaire lerarenopleidingen van Leiden en Delft de tekorten te lijf. Ze werken gezamenlijk in een opleidingsschool waarin studenten hun theoretische opleiding combineren met voor de klas staan.

Ook in de regio Noord-Holland Noord zijn de banden tussen scholen onderling en lerarenopleidingen al jaren hecht. Een groot voordeel volgens Kees van Bergeijk, bestuurder van het Martinuscollege in Grootebroek. 'Een goede samenwerking heeft tijd nodig. Eerst moeten de schoolbesturen elkaar leren kennen. Daarna moeten ze érkennen dat ze niet als concurrenten wilden opereren, maar juist samen de tekorten te lijf gaan. Als derde verdelen ze de taken en de vierde stap is samenwerking van besturen en opleidingsinstituten.'

Ben je benieuwd naar de samenwerking in de overige regio's? Lees het hele artikel op de website van Voion.